In december 2017 concludeerde het Centraal Planbureau (CPB) dat een vervroegd pensioen voor zware beroepen geen goed idee is. Volgens het CPB kan de overheid werknemers beter helpen via het geven van inzicht in hun financiële situatie, stimuleren van opleidingen en ondersteuning van een gezonde levensstijl.
Verder benadrukte het CPB dat het onmogelijk is om precies te bepalen wat een zwaar beroep is. Nog belangrijker was volgens het instituut dat werknemers en werkgevers bij een speciale zwareberoepenregeling minder investeren in bijvoorbeeld technologische aanpassingen of bij- en omscholing.
Lager opgeleiden
Ruim een half jaar later verscheen een onderzoek van het demografisch instituut NIDI. Lager opgeleiden, mensen met een vmbo- of mbo1-diploma, zouden tot 2050 op maximaal hun 66e verjaardag met pensioen moeten kunnen gaan.
Voor hoger opgeleiden, hbo’ers en academici, zou de AOW-leeftijd moeten door stijgen naar 70 jaar. Het idee hierachter is dat lager opgeleiden vaker een zwaar beroep hebben, en gemiddeld een lagere levensverwachting. Economisch onderzoeksinstituut SEO ziet weer niet veel in het koppelen van de AOW-leeftijd aan opleidingsniveau. Volgens SEO zijn er tal van zware beroepen met een hogere opleidingseis, zoals verpleegkundigen.
Zware beroepenlijst België
Hieruit blijkt hoe de opvattingen in de zwareberoependiscussie uiteenlopen en hoe hard het nodig is dat de politiek een duidelijke keuze maakt. Dat het niet simpel is, laat de situatie bij onze zuiderburen zien. De Belgische regering kwam in mei 2018 met een zwareberoepenlijst. Dit leidde echter tot zoveel discussie over wat zware beroepen zijn en hoe je een aanpak daarvoor financiert, dat dit dossier daar nu helemaal is vastgelopen.
Vakbonden
De Nederlandse vakbonden proberen bij de onderhandelingen voor een pensioenakkoord af te dwingen dat mensen met een zwaar beroep alsnog vervroegd met pensioen kunnen gaan. Dat moet dan niet landelijk worden geregeld, maar per sector, bij de cao-onderhandelingen. De FNV wilt dat de overheid hiervoor fiscale beperkingen om eerder te stoppen met werken wegneemt.
Geen definitie zwaar beroep
In Nederland zijn alle eerdere pogingen om zware beroepen te definiëren mislukt. Het begrip ‘zwaar beroep’ bleek niet af te bakenen, bijvoorbeeld doordat beroepen in de tijd qua zwaarte veranderen en omdat de zwaarte van beroepen moeilijk vergelijkbaar is.
Ook is moeilijk te bepalen welk beroep iemand tijdens zijn carrière heeft uitgeoefend. Bovendien is het een probleem om de ingangsdatum van de AOW te baseren op het arbeidsverleden. De overheid houdt de gegevens over iemands arbeidsverleden pas sinds 1999 bij en dan niet in het kader van de AOW maar van de werknemersverzekeringen (WW, ZW en WIA).
Geen aparte regeling
Minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ziet dan ook geen heil in een aparte regeling voor zware beroepen. Daarnaast vindt hij dat een lagere AOW-leeftijd voor bepaalde beroepen ertoe kan leiden dat werkgevers minder investeren in lichter of aangepast werk voor hun oudere werknemers. Hierdoor kunnen ze ondanks de lagere pensioenleeftijd versleten raken voor hun pensioen ingaat.
Ook heeft de minister sterke bezwaren tegen het koppelen van de AOW-leeftijd aan een arbeidsverleden. Het staat volgens hem haaks op het karakter van de AOW als volksverzekering die voor iedere oudere een basisvoorziening biedt. Het kabinet zet daarom in op een aanpak waarbij iedere werknemer op een gezonde wijze doorwerkt tot de AOW-leeftijd.
Duurzaam doorwerken
Maak een beleid voor duurzaam doorwerken in uw organisatie. Dit kan aangepast werk voor oudere werknemers betreffen, maar ook structurele scholing voor uw jongere én oudere medewerkers. Zo profiteert u van een optimale inzet van al uw werknemers en bevordert u hun gezondheid en motivatie.
Nog veel meer lezen over loonkostenvoordelen? Download dan het e-book Wegwijs in Arbeidsvoorwaarden