Als een werknemer ziek wordt, moet hij zich bij u ziek melden. U betaalt het loon dan gewoon door voor minimaal 70 procent. Er kan sprake zijn van maximaal twee onbetaalde wachtdagen vanuit een cao of arbeidsovereenkomst. Dit zijn dan de eerste twee ziektedagen. Verder geeft u zo snel mogelijk aan uw bedrijfsarts of arbodienst door dat uw werknemer ziek is.
Twee jaar loondoorbetaling
Bij langdurige ziekte betaalt u de werknemer maximaal twee jaar minstens 70 procent van het loon door. Dit kan langer zijn als UWV u een loonsanctie oplegt of korter als de arbeidsovereenkomst eerder stopt. Een cao of arbeidsovereenkomst kan aangeven dat u het loon tijdens het eerste en soms ook het tweede ziektejaar aanvult tot 100 procent.
Minimum en maximum
U moet in het eerste ziektejaar minimaal het wettelijk minimumloon betalen. Krijgt de zieke werknemer in het tweede ziektejaar minder dan het minimumloon, dan kan hij bij UWV een aanvulling vanuit de Toeslagenwet aanvragen. Voor de loondoorbetaling bij ziekte geldt ook een wettelijk maximum, namelijk 146,48 euro per dag (70 procent van het maximumdagloon van 209,26 euro per 1 januari 2018).
Re-integreren
U en de zieke werknemer zijn samen verantwoordelijk voor diens re-integratie. Deze kan binnen en buiten uw organisatie plaatsvinden. Uw werknemer heeft recht op een kopie van alle documenten met re-integratieafspraken. Hij heeft deze nodig mocht hij na twee jaar ziekte een beroep doen op de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA).
Wet verbetering poortwachter
De Wet verbetering poortwachter (Wvp) regelt het ziekteverzuimproces tijdens de eerste twee ziektejaren. Belangrijk is dat u in de zesde ziekteweek start met een re-integratieverslag met daarin alle afspraken over de re-integratie. Tegelijk stelt de bedrijfsarts een probleemanalyse en re-integratieadvies op. U en de werknemer maken op basis daarvan uiterlijk in de achtste ziekteweek een plan van aanpak.
Evaluatie
U meldt de werknemer ziek bij UWV als hij na 42 weken nog niet volledig kan werken. Na 52 ziekteweken stellen u en de werknemer een eerstejaarsevaluatie van de re-integratie op en na 91 weken een eindevaluatie. In week 93 stuurt u het re-integratieverslag naar UWV.
Loonsanctie
Vindt UWV dat uw re-integratie-inspanningen onvoldoende waren, dan moet u (in het derde jaar) maximaal een jaar 70 procent van het loon doorbetalen. UWV beperkt deze periode als u alsnog aan de re-integratie-eisen voldoet. Daarnaast mag u de werknemer minder loon betalen of zelfs het loon (tijdelijk) stopzetten als deze onvoldoende meewerkt aan de re-integratie. Loopt de re-integratie vast dan kunt u UWV om een deskundigenoordeel vragen. Een deskundigenoordeel kan ook door de werknemer worden aangevraagd.
Arbeidsongeschiktheid en WIA
Na de twee ziektejaren keurt UWV de werknemer voor de WIA. Blijkt hieruit dat de zieke werknemer langdurig niet meer kan werken dan krijgt hij een uitkering vanuit de IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten). Ook kan hij recht hebben op een WGA-uitkering (WGA is Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten). De WGA is voor werknemers die van 35 tot 80 procent arbeidsongeschikt zijn of die volledig (maar niet duurzaam) arbeidsongeschikt zijn. Is de werknemer minder dan 35 procent arbeidsongeschikt dan kan hij ook terugkeren bij u.
No-riskpolis
U kunt aanspraak maken op een no-riskpolis voor een werknemer die een WGA-uitkering krijgt en daarnaast bij u blijft werken. Deze uitkering van UWV kunt u verrekenen met het loon.
Preventie van ziekteverzuim
Schenk voldoende aandacht aan preventie van ziekteverzuim om veel kosten en re-integratie-inspanningen te voorkomen. Dit kan door een beleid op te stellen en structureel toe te passen voor duurzame inzetbaarheid.
Nog veel meer lezen over loonkostenvoordelen? Download dan het e-book Wegwijs in Arbeidsvoorwaarden