Met de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) zijn de sectorpremies en de uniforme premie AWf (Algemeen Werkloosheidsfonds) voor de WW afgeschaft en vervangen door alleen een gedifferentieerde WW-premie voor het AWf. De hoogte van de premie hangt daarbij niet langer af van de mate van werkloosheid in een sector, maar van het soort arbeidscontract.
Werkgevers dragen een lage WW-premie af voor vaste contracten en een hoge premie voor flexibele contracten. De WW-premie voor vaste contracten is lager, omdat het Rijk werkgevers wil stimuleren om vaste contracten aan te bieden aan werknemers. Het moet daarbij gaan om een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, waarbij geen sprake is van een oproepovereenkomst. In 2022 bedraagt de lage WW-premie 2,70 procent en de hoge premie 7,70 procent.
Lees ook: Nieuwe wet bevordert transparantie en voorspelbaarheid arbeidsvoorwaarden
Hoge en lage WW-premie
De hoge WW-premie geldt voor alle gevallen die niet voldoen aan de voorwaarden van de lage WW-premie (schriftelijk vastgelegde arbeidsovereenkomst, onbepaalde tijd en geen oproepovereenkomst). Het betreft dus alle flexibele dienstverbanden. Hieronder vallen werknemers die werken op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, maar ook uitzendkrachten die een uitzendovereenkomst hebben met een uitzendbeding.
Verder geldt de hoge WW-premie ook bij een fictieve dienstbetrekking (arbeidsverhouding zonder arbeidsovereenkomst die de wetgever voor bepaalde groepen toch beschouwd als dienstbetrekking). Deze voldoet voor toepassing van de lage WW-premie namelijk niet aan de eis dat sprake is van een dienstbetrekking die berust op een arbeidsovereenkomst.
Meer dan 30 procent overwerk
Een onderdeel van de Wab is een hoge WW-premie als een werknemer meer dan 30 procent overwerkt, vergeleken met de uren in zijn of haar vaste arbeidsovereenkomst. Dit geldt ten opzichte van wat in de arbeidsovereenkomst is vastgelegd.
Van deze herziening van de WW-premie is sprake als de werknemer de extra uren heeft uitbetaald gekregen als verloonde uren en als hij of zij een vast arbeidscontract heeft van gemiddeld minder dan 35 uur per week. Vanaf 35 uur is volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) sprake van voltijdswerk.
Met terugwerkende kracht
De Belastingdienst bekijkt met terugwerkende kracht over het betreffende kalenderjaar of sprake is van de overwerksituatie. De regel voor het betalen van de hoge WW-premie bij meer dan 30 procent overwerk was tijdens de coronacrisis in 2020 en 2021 tijdelijk niet van kracht. Veel sectoren, waaronder de zorg, hadden namelijk door de omstandigheden te maken met veel overwerken. Voor 2022 is hij weer in werking getreden.
Eisen Wab loonstrook
De Wab verplicht je om op de loonstrook van een werknemer en in de loonaangifte te vermelden of het gaat om een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, of er al dan niet sprake is van een oproepovereenkomst en of jullie de arbeidsovereenkomst schriftelijk zijn overeengekomen. Daarbij is het betalen van de juiste WW-premie jouw verantwoordelijkheid als werkgever.
Verplicht overwerk
Je mag werknemers tot overwerk verplichten als dat redelijk en incidenteel is. Een cao, personeelsreglement of arbeidscontract kan afspraken bevatten over toeslagen die je betaalt voor overwerk. Voor hoger betaalde functies staat vaak in de arbeidsovereenkomst dat overwerk erbij hoort en dat het in het salaris is opgenomen.
Daarnaast kan je voor overwerk ook een tijd-voor-tijdregeling afspreken. Hierbij compenseer je overgewerkte uren met vrije uren. Hou hierbij in de gaten dat vanuit de Wet minimumloon en vakantiebijslag (WML) iemands gemiddelde uurloon in een loonperiode (week of maand) nooit onder het wettelijk minimumuurloon mag komen.
Aangepaste arbeidsduur
Als overwerken structureel wordt, dan kan een werknemer aanspraak maken op een aangepaste arbeidsduur in zijn arbeidsovereenkomst. Over het algemeen geven de arbeidsovereenkomst, het personeelsreglement of de cao aan wat de regels daarvoor zijn.
Duidelijke urenadministratie
Houd de administratie van de overwerkuren nauwkeurig bij, zodat je een duidelijk overzicht hebt welke werknemers de grens van 30 procent (betaalde) overwerkuren dreigen te overschrijden. Dat vormt meteen ook een goed bewijs naar de belastingdienst toe.