Laatst raakte Susanne Baas in gesprek met een directeur van een grote organisatie. En dat gesprek stemde haar enigszins treurig. “Deze man vertelde dat tientallen van zijn medewerkers de afgelopen jaren een zware opleiding hadden gevolgd, meestal ‘s avonds na het werk. In het begin was iedereen daar heel enthousiast over, maar al snel begon dat te veranderen. Want werken en studeren... dat was toch wel zwaar. Sommige medewerkers zaten nu zelfs ziek thuis, door de extra werkdruk. Dan denk ik, wat jammer. Met een EVC-procedure was dat niet zo zwaar geweest.”
Praktijkervaring vastleggen
EVC. De term staat voor Erkenning van Verworven Competenties, en Baas is er als accountmanager van EVC Centrum Nederland in gespecialiseerd. “Overal in Nederland werken mensen op mb- of hbo-niveau – maar die hebben niet allemaal een officieel diploma. Natuurlijk kunnen ze zich alsnog voor een opleiding inschrijven, maar daar zitten ze soms twee of zelfs vier jaar aan vast. En dat terwijl ze veel kennis en vaardigheden misschien al lang hebben verworven, maar dan in de praktijk. Een EVC-procedure legt die praktijkervaring voor hen vast, in een officieel Ervaringscertificaat. Daarmee kunnen de medewerkers het opleidingsinstituut benaderen en vrijstellingen aanvragen. Dat scheelt hen veel tijd, en hun werkgever beschikt eerder over gediplomeerde medewerkers."
Diploma’s
Heel handig dus, zo’n EVC-procedure, vooral omdat diploma’s de afgelopen jaren steeds belangrijker werden. “Laatst sprak ik een detacheringsorganisatie die ICT’ers uitzendt”, vertelt Baas. “Veel van die jongens hadden het vak geleerd door jarenlang te knutselen achter hun computer, en ze functioneerden net zo goed als hun collega’s met een hb0- of WO-opleiding. Echter, veel opdrachtgevers vonden opeens dat alle ingehuurde krachten aantoonbaar op hbo-niveau moesten werken. En soms komt die eis van het detacheringsbureau zelf. Als dat kan aantonen dat alle werknemers werken op een zeker niveau, heeft het bureau een streepje voor op de concurrentie, en gaat het tarief dus omhoog. Voor de betreffende ICT’ers biedt een EVC-procedure vaak uitkomst.”
Ook past een EVC-procedure volgens Baas bij goed werkgeverschap. “Stel je bent leidinggevende. En je hebt een medewerker die al dertig jaar bij je in dienst is. Die man heeft op zijn 20e een sollicitatiebrief in de bus gegooid, kon toen de volgende dag beginnen – en heeft zich vervolgens opgewerkt tot afdelingsmanager. Maar een officiële opleiding heeft hij nooit gehad. Wat is er dan mooier als de werkgever hem een EVC-procedure aanbiedt? Dan krijgt de medewerker van een onafhankelijke organisatie bevestigd dat hij beschikt over kennis en vaardigheden. Veel waardering dus – maar dat is niet alles. Als het bedrijf ooit moet sluiten, staat die man sterker op de arbeidsmarkt.”
Portfolio
Ervaring wordt dus officieel gemaakt. Maar hoe kun je als werknemer bewijzen dat je die ervaring hebt opgedaan? “Dat kan in een portfolio”, zegt Baas. “Daarin staat alles wat jouw kennis en vaardigheden onderstreept. Voor een salesmanager zijn dat bijvoorbeeld Word-documenten, PowerPointpresentaties en reacties van tevreden klanten. Een techneut laat bijvoorbeeld een storingsrapport zien, en foto's van de systemen waarmee hij heeft gewerkt. En een verpleegkundige komt met overdrachtlijsten, beoordelingsgesprekken en de bijscholingscursussen die ze al heeft gevolgd. Alleen voor één persoon kan het al gaan om honderden documenten.”
Honderden documenten – voor veel mensen klinkt dat overweldigend. Want hoe weet je wat voor jouw Ervaringscertificaat relevant is? Geen probleem, zegt Baas. “Als jij bij ons een traject gaat volgen, is jouw portfolio in feite al ingevuld. Je kunt bij ons inloggen in een systeem, en vervolgens reageer je op stellingen. ‘Ja, ik heb wel eens een communicatieplan geschreven.’ ‘Ja, ik heb een projectplan opgesteld.’ ‘En ja, een activiteitenprogramma, dat heb ik ook al eens ontwikkeld.’ Dat vind ik een van de mooiste aspecten aan de EVC-procedure: mensen denken in het begin vaak: ik kan niks, en ik kan het ook niet aantonen. Maar gaandeweg zie je de stemming omslaan: o ja, dat heb ik ook nog gedaan. En ja, hier heb ik ook ervaring mee. Vaak zijn dat dingen waar ze zelf helemaal niet aan hebben gedacht, zoals complimenten van collega's of referenties van tevreden klanten.”
Grenzen
En toch is een EVC-procedure niet voor iedereen geschikt. Sommige mensen kunnen volgens Baas beter niet kiezen voor een Ervaringscertificaat, maar voor een Ervaringsprofiel. Het verschil? Dat Ervaringsprofiel sluit niet aan op een specifieke opleiding. “Stel, jij werkt in een zorginstelling als roostermaker. Dan zit jij met zes schermen voor je en moet je rekening houden met de wensen van honderden collega’s. Jij weet dan precies wie ‘s ochtends kan werken, wie ‘s avonds en wie op dinsdag zijn papa-dag heeft. Dat is heel specifieke kennis; dat kun je niet één op één koppelen aan een bepaalde opleidingstandaard. Dus zie je vaak dat zo’n organisatie zijn medewerker niet aan die standaard wil meten, maar gewoon aan zijn eigen functieprofiel.”
Bovendien stuit het opstellen van een Ervaringscertificaat soms op praktische problemen. “Ik heb ooit eens een secretaresse gesproken met 20 jaar werkervaring. Die had echt van alles gedaan, van notuleren tot klankborden met het management. Maar er was een probleem: bij een reorganisatie was ze boventallig geraakt en ze zat al een jaar lang thuis. Dus kon ze die ervaring op geen enkele manier meer hard maken. Alle documenten die ze ooit had opgesteld, waren al lang gewist en de managers waren inmiddels vervangen door andere die haar nauwelijks kenden. In zo’n geval kun je beter kiezen voor een assessment met een IQ-test. En ook die bieden wij tegenwoordig aan.”
Werkt u als HR-manager en bent u verantwoordelijk voor het opleidingsbeleid en het talentmanagement? Dan zou u eens moeten denken aan deze mogelijkheden voor uw medewerkers.
Dit artikel is gesponsord door EVC Centrum Nederland.
***